9 juli 2010

Omvang, Creativiteit en Businessmodellen


De aangekondigde fusie tussen Gibo en Flynth zet net voor de vakantie de accountancymarkt nog even op scherp. In het FD van vrijdag 9 juli staat een groot artikel met als kop ‘Businessmodel grote vier onder druk door fusiegolf accountants’. Businessmodellen, daar lezen we de laatste tijd steeds meer over. In de FD outlook van juni 2010 staat zelfs geschreven dat innovatie steeds vaker niet alleen gaat over het ontwikkelen van een nieuw product of dienst, maar dat juist het businessmodel tegenwoordig de doorslag geeft. Kijk maar naar het succes van Apple; niet alleen het product Ipod, Iphone of Ipad is succesvol, het gaat ook om de Itunes store en het hele businessmodel dat het succes bepaalt.

Businessmodellen worden dus steeds belangrijker. Ook wel logisch, omdat het businessmodel vooral gaat over de vraag hoe wij het product of dienst naar de klant brengen, wat het product of de dienst uniek maakt en wat het oplevert en kost. Het businessmodel van accountants is al zo oud als de weg naar Kralingen. Diensten worden geleverd op basis van inspanning, uur maal tarief. Toch zijn er heel andere businessmodellen mogelijk. Kijk bijvoorbeeld naar Yuki, die eigenlijk een boekhouding voert tegen stuksprijs. Een ander voorbeeld is Aminq, die voor ZZP’ers en kleine mkb-ondernemingen een transparante prijs voert op basis van een abonnement.

In het FD staat dat de grote 4 nu feitelijk nog een dubbel businessmodel hebben: een internationale praktijk en een nationale praktijk. De grote vier geven natuurlijk aan dat vooral het hebben van de internationale praktijk het onderscheidende vermogen geeft. Dat klopt maar beperkt, want dat is natuurlijk alleen maar interessant voor bedrijven die ook internationaal opereren. We zien daarbij dat de grote vier de afgelopen jaren een sterk terugtrekkende beweging hebben gemaakt in de nationale markt, alleen maar door het aantal kantoren drastisch terug te brengen.

Mijn vraag is of de fusies, want na deze eerste zullen er weer velen gaan volgen, nu echt wel iets op gaan leveren. Schaalvergroting vindt voornamelijk plaats als het product of de dienst in de laatste fase van de levenscyclus zit, dus dat is geen optimistisch vooruitzicht. Wie de persberichten van de laatste 50 fusies leest, komt een centrale boodschap tegen: automatisering en arbeidsmarkt. Ik blijf hierover toch twijfels houden. Op automatiseringsgebied zien we immers naar de toekomst een omslagmodel waarbij automatisering steeds meer uit the cloud geleverd gaat worden. Dan maakt het niet meer uit of je groot of klein bent. Misschien betaal je als kleine partij een hogere prijs, maar het is zeker niet zo dat technologie voor kleinere kantoren niet toegankelijk is. De vraag is ook of het bij een steeds grotere omvang niet steeds ingewikkelder en complexer wordt om ICT geïmplementeerd te krijgen. De meeste ICT-projecten zijn immers voor 80% organisatie en voor maar 20% techniek. Ook op de arbeidsmarkt betekent niet altijd Big is beautiful. Ik denk persoonlijk dat het belangrijker is om aantrekkelijk te zijn voor werknemers, dan dat grootte nu een rol speelt. Maar dat moeten we maar eens gaan zien.

Misschien gaat het niet om de omvang maar om het businessmodel. Doorgaan met meer van het zelfde is misschien niet de oplossing. Naar mijn mening moeten we juist op zoek naar een nieuw businessmodel, op een andere wijze gaan interacteren met klanten en met de omgeving. ICT slim inzetten, samenwerking creëren en nieuwe verdienmodellen ontwikkelen. Dat heeft niets te maken met omvang maar juist met creativiteit. Daarover ga ik graag met u in discussie op de komende Accountancynieuwsdag op 12 oktober aanstaande.

Geen opmerkingen: