28 januari 2011
Terug naar het ‘Rijnlandse’ accountantsmodel
De afgelopen maanden stond het accountantsberoep zwaar onder druk. De Commissie De Wit, de AFM, de Tweede Kamer en de Europese Gemeenschap waren zeer kritisch over de rol van de accountant. Ja, wie eigenlijk niet? En aan de kant van de accountancy was er lang geen echt antwoord. Men ging in eerste instantie in de verdediging en er werd verwezen naar de wetgeving toen er om creativiteit werd gevraagd. De kloof tussen het maatschappelijk verkeer en de accountancy lijkt breder en dieper dan ooit tevoren. Het beroep schijnt niet te begrijpen dat de eigen rol zal moeten veranderen, nu we maatschappelijk zeer snel en scherp een ontwikkeling doormaken van een high trust naar een low trustsociety. Een kritische zelfanalyse is noodzakelijk om hier weer uit te komen.
Tijdens de laatste Accountancynieuwsdag gaf Jeroen Smit (schrijver van onder andere ‘De Prooi’) aan dat wij accountants eigenlijk halve ambtenaren zijn. Gezien ons wettelijk monopolie op het afgeven van verklaringen is dat geen gek statement. En dat we er best een beetje trots op mogen zijn dat een zo belangrijke taak maatschappelijk aan ons gegeven is. Hij raakte bij mij hier een gevoelige snaar; ja, dat is toch eigenlijk de essentie van ons beroep. Des te verwonderlijker is het om een paar dagen later te lezen dat de voorzitter van het NIVRA verbaasd is dat accountants in het rapport van EU-commissaris Barnier een systeemrol toebedeeld krijgen. Misschien was onze voorzitter wel net zo verrast als al die bankiers op het moment dat het mis ging – en zij ook gewoon moesten erkennen dat zij een maatschappelijke rol hadden. Hoe kan dat nu, dat bankiers en accountants niet meer doorhadden wat hun eigenlijke taak was? Smit heeft daar een verklaring voor: ze zijn ondernemer gaan spelen. Vroeger was er een duidelijk onderscheid tussen het bedrijfsleven en bankier of accountant worden. Men sprak ook wel met enig dedain over het bedrijfsleven. Maar de laatste decennia werd het bedrijfsleven natuurlijk steeds interessanter en sexyer. En dus werden de saaie accountant en bankier steeds flamboyanter; ze wilden ook een snelle auto en moesten natuurlijk wel een beetje verdienen om mee te kunnen praten in de boardroom. Onder andere Enron, Ahold en ABN Amro hebben aangetoond dat het dus ook mis kan gaan, dat de gevierde CEO misschien helemaal niet zo’n groot leider was en al helemaal niet iemand aan wie wij ons als accountants willen spiegelen. De Anglo-Amerikaanse invloed heeft het bedrijfsleven in de afgelopen decennia ontwikkeld in een richting waarvan wij ons moeten afvragen of wij dit in de toekomst nog wel willen. Maar laten we eerlijk zijn: ook bankiers en accountants zijn steeds meer discipelen geworden van het Anglo-Amerikaanse model.
Invloed op vaktechniek
Het Anglo-Amerikaanse model heeft ook invloed gehad op de wijze waarop wij naar vaktechniek zijn gaan kijken. In de globaliserende wereld kon dat niet meer in Nederland worden bepaald, maar dat moest toch echt internationaal. En dus zijn onze eigen vaktechnische instituten verworden tot vertaalbureaus van de internationale regelgevende instituten, zowel op het gebied van verslaggeving als op het gebied van controle. En worden zij naar ons gevoel overladen met nieuwe regelgeving, die weer ingevoerd, ingeleerd, ingesleten en doorwrocht moet worden. Tijdens mijn hoorcolleges kreeg ik altijd te horen dat wij in Nederland toch wat anders naar de accountancy keken – substance over form noemden we dat toen in goed Nederlands. Die rare Amerikanen die alleen maar formeel toetsten met ellenlange checklisten…. Nee, wij keken naar de relevantie van zaken. Vandaag de dag hoor ik alleen steeds meer accountants klagen over alle formele aspecten rondom de controle en de enorm lange checklisten die moeten worden ingevoerd. Moeten wij onszelf niet eens afvragen of dit wel de weg is waarop wij naar de toekomst ons beroep willen uitvoeren? Mede ook omdat we steeds meer moeite hebben om uit te leggen wat we precies doen.
Kan het ook anders?
De kritiek op het accountantsberoep leidt – als we niet oppassen – tot weer meer nieuwe regelgeving en tot meer en scherper toezicht, terwijl het nog maar de vraag is of er daarna beter gecontroleerd wordt. Het NIVRA wil graag dat de RvC een steviger rol krijgt. Maar was het juist niet de RvC die ook onder vuur ligt, omdat zij als sluitstuk van de corporate governance ook niet erg attent waren de afgelopen jaren? En zo is het met veel oplossingen die nu de revue passeren. Als we er niet voor waken, kiezen we voor kleine deeloplossingen om iedereen even te vriend te houden, terwijl we juist moeten werken aan het totaal. Volgens mij moeten we dit breder maatschappelijk bezien; we kunnen elkaar gek blijven maken binnen het huidige economische model dat volgens mij zijn langste tijd nu wel heeft gehad of we gaan op zoek naar een nieuw economisch model. Niet meer naar winstmaximalisatie, de organisatie als een geldmachine, individualisme, wantrouwen en regelgedrevenheid. Maar winstoptimalisatie, rekening houdend met de omgeving, de organisatie als ontwikkelomgeving voor mensen, teamplay, vertrouwen en vakmanschap. Toch hoeven we dan niet ver te zoeken. Was het niet de Franse econoom Michel Albert, die in zijn boek Capitalisme contre capitalisme waarschuwde: ‘The largest banks know, however, that they are literally 'too big to fail' and can count on a helping hand from government if the worst comes to the worst... Thus, in yet another intriguing but ominous irony of history, 10 years of ultra-liberalism have resulted in a US financial system whose future may only be assured with the help of federal government handouts’. Albert introduceerde in zijn boek het Rijnlandse model als tegenhanger van het Anglo-Amerikaanse model. Maar wat is dan Rijnlands? Albert pleitte voor een kapitalisme op basis van solidariteit in plaats van individualisme. Kenmerken van de Rijnlandse stijl zijn dan ook sociale zekerheid, spaarzin, gemeenschapsgevoel en investeren op de langere termijn. Woorden die we zeker het afgelopen decennium steeds minder hebben gehoord. Ik ben van mening dat het Rijnlandse model wel eens het antwoord kan zijn op de vraag of het ook anders kan.
Verwar het Rijnlands model niet met links of socialistisch. In het Rijnlands model moet uiteindelijk ook geld verdiend worden en moeten plannen worden gerealiseerd, alleen de wijze waarop is anders.
Het Rijnlandse accountantsmodel
Naast het Rijnlandse model voor de economie, kunnen we het Rijnlandse model ook gebruiken als businessmodel om organisaties in te richten. Het uitgangspunt hierbij is weer vertrouwen en het is dus noodzaak om de rol van vertrouwensman voor het maatschappelijk verkeer te behouden en te koesteren. Zoals Smit al aangaf, wij hebben een systeemrol en het maatschappelijk verkeer moet vertrouwen hebben in de partijen die een systeemrol vervullen.
Dus in plaats van verdergaande regelgeving, gaan we het vakmanschap weer centraal stellen en de accountantsorganisatie gaan wij bezien als een ontwikkelomgeving van mensen. Niet alleen voor de accountantsorganisaties zelf, maar ook omdat een groot deel van de financiële elite in het bedrijfsleven bij ons zijn opleiding en vorming krijgt.
Daarom pleit ik voor het terugbrengen van het vakmanschap binnen het beroep, professional judgement boven regels. Die vakman moet dan wel weten waarmee hij bezig is, hetgeen verregaande aanvullende en permanente educatie vereist, onder andere op het gebied van ICT. Een professional die trots is op zijn vak en die zich onafhankelijk durft op te stellen. Want onafhankelijkheid is geen financiële parameter, maar een geesteshouding. En de accountantsorganisatie heeft een cultuur die dit alles ondersteunt en faciliteert .
Is dit een visioen of een eerste aanzet voor een goede discussie over de toekomst van ons beroep?
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
4 opmerkingen:
Beste Fouk,
Ik ben het met je eens: vakmanschap en "vertrouwensman van het maatschappelijk verkeer" moeten weer in ere hersteld worden. Dan (op korte termijn) maar iets minder winst. Dat zal het beroep op lange termijn helpen.
Cornejo Bokslag
Lijkt een beetje als we nu niet vakkundig bezig zijn en alleen maar aan het paraferen zijn.....? Hoop toch echt dat we nu ook de vakmanschap van de accountants inzetten en niet zomaar wat paraferen en afvinken?? Want dan zijn we inderdaad goed verkeerd bezig! Maar tuurlijk zit er een kern van waarheid in dit artikel. Wel moeten we onze rapportages internationaal kunnen meten, maar we moeten deze zeker kunnen verantwoorden zowel met een dichtgetimmerd dossier maar daar moeten we als accountants dan wel achter staan. Kunnen we dan niet dan moeten we onze verklaring daarop aanpassen of aanvullende werkzaamheden uitvoeren. Alleen dan zijn we bezig als vertrouwensman van het maatschappelijke verkeer. Daarnaast moeten we onze rol als adviseur niet uit het oog verliezen. Onze rol als adviseur van de onderneming en van het maarschappelijk verkeer.
Wat ik eigenlijk wil zeggen is dat de regels er ook niet voor niets zijn maar zeker hier en daar misschien wat overbodig maar geeft dit dan aan en geef aan waarom. Dan ben je vertrouwensman van het maarschappelijk verkeer....
Beste Anoniem,
Maar het maatschappelijk verkeer weet het niet en in de huidige low trust society heeft dat als gevolg dat er alleen maar meer regels en meer toezicht komt. Zeg maar een rupsje nooitgenoeg. Basis uitgangspunt moet zijn vertrouwen maar dat moet de accountant dan wel verdienen.
Vertrouwen is een groot goed en komt te voet en gaat te paard. Wat is nu vertrouwen als er een reactie komt van "anoniem". Wat is nu vertrouwen als er alleen maar defensief wordt gereageerd op reactie die uit het maatschappelijk verkeer komen. Dit zijn toch de organisaties en mensen waarvoor accountants hun werkzaamheden verrichten. Het vertrouwen is ook te vaak geschonden, in ieder geval bij de grote accountantskantoren en ondernemingen. Het is ook een logisch gevolg van het verdienmodel. De opdrachtgever betaalt de accountant vaak miljoenen voor een "onafhankelijke" verklaring. Een oud argument maar wat mij betreft nog steeds actueel. Dat er volledige dossiers zijn en er voldoende werkzaamheden worden verricht voor een verklaring. dat geloof ik wel. Dat er kennis ontbreekt en nog erger dat dit niet wordt onderkend en/of gesignaleerd is vele malen erger. Is er ooit een accountant geweest in de afgelopen jaren die heeft gezegd "Sorry, wij hebben het niet goed gedaan. Wij hadden moeten signaleren dat de kennis te laag was voor de meest ingewikkelde producten bij de banken". Nee, er wordt alleen maar gezegd dat een accountant niet in de toekomst kan kijken. Waarom dan wel adviseren? Advies ziet toch per definitie op de toekomst? Accountants zijn toch ook mensen die een fout mogen maken?
Perry Telle
Een reactie posten