11 mei 2010

The end of the Anglo-American management model

Afgelopen week kreeg ik de laatste HBR binnen. Althans, de reminder bij het blad wist mij er fijntjes aan te herinneren dat mijn abonnement na dit nummer ophield. Ik heb besloten om hem niet te verlengen. Waarom? Als we een schuldige moeten aanwijzen voor de kredietcrisis, is het wel het Anglo-Amerikaanse managementmodel. Daar heb ik geen commissie de Wit voor nodig. Aandeelhouderswaarde voor alles, bonuscultuur en dan natuurlijk wel gebaseerd op de beurskoers want dat is waar aandeelhouders je op afrekenen. Ieder kwartaal meer, beter, hoger. Back to the core business, het opknippen van ondernemingen, hedgefunds; allemaal verzinselen van het Anglo-Amerikaanse managementmodel. Het model lijkt ook een beetje op de Amerikaanse samenleving: bigger, better maar wel op basis van een creditcard. Een zeer teruggetrokken overheid en alles geprivatiseerd. Het failliet van de Amerikaanse samenleving bleek wel tijdens de orkaan Katrina, toen de Amerikaanse overheid nauwelijks in staat bleek om de eigen bevolking bij te staan. Als alles geprivatiseerd is, wie ruimt de rotzooi dan op?



photo Rob Sheridan

Het is dus tijd voor een nieuw managementmodel; meer gericht op de lange termijn dan op de korte termijn. In analogie met de huidige trend in het koken, terug naar Slow! In het koken waren we tot een paar jaar geleden ook een beetje de weg kwijtgeraakt. Aardbeien in december, plofkippen die naar water smaakten, heerlijke rauwmelkse kaas die door de EU verboden werden. Fastfood en kant-en-klaarmaaltijden kwamen steeds meer op tafel. Kinderen weten nauwelijks meer waar ons eten vandaan komt. Dus kwam er een tegenbeweging die terugging naar Slow food. Gewoon weer met de seizoenen mee-eten, asperges in oktober zijn gewoon niet lekker, tomaten die echt zongerijpt zijn smaken veel beter. Daarnaast kwam er ook veel meer aandacht voor de vergeten groenten en voor lokale specialiteiten. Deze beweging zal ook over moeten slaan naar het managementlandschap. Weg met het spreadsheetmanagement en weer terug naar authentiek leiderschap.

De naam voor dit alles is het zogenaamde Rijnlandse model. Maar toch twijfel ik hieraan, omdat het Rijnlandse model of Europese model ook wel synoniem staat voor polderen, zesjescultuur, twijfelen en het altijd zoeken naar een compromis. Een mooi voorbeeld was natuurlijk het uitblijven van een beslissing door de Europese ministers na het sluiten van het luchtruim door de IJslandse stofwolk. Misschien moeten we dan ook gaan werken aan een nieuw Rijnlands model, zeg maar Rijnland Reloaded. Waarin we de goede elementen van zowel het Rijnlandse model als het Anglo-Amerikaanse model proberen te verenigen. Dus streven naar een meer duurzame ontwikkeling waarbij innovatie en daadkracht niet ondersneeuwen door het eindeloos zoeken naar een compromis dat uiteindelijk onvoldoende is. De overheid die duidelijke piketpalen slaat bij de vrije werking van de markt en daarnaast voldoende oog houdt voor de zwakste in de samenleving. Kortom, een maatschappij die weer meer draait om het collectief (wij) dan om het individu (ik). Of zoals Ghandi het ooit verwoordde: “De aarde biedt voldoende om ieders behoefte te bevredigen maar niet ieders hebzucht”.

PS.
Inspiratie voor dit blog kreeg ik door het lezen van het boek "Bij welke reorganisatie werk jij?, Over het verschil tussen managen en organiseren" van Jaap Peters en Hester Heringa.

Geen opmerkingen: